Het ei (“Ut aai” in ut Algeméén Beschôft Àlfs)
Topics over het ei:
Persbericht nummer 1 over het ei
Persbericht nummer 2 over het ei
Uit de geschiedenis van de struyf……
Een kippenei is ovaal. ‘Ovaal’ is afgeleid van het Latijnse woord ovum, dat ei betekent. Eigenlijk staat in het eerste zinnetje: een ei is eivormig. ‘Ovum’ is afgeleid van het Latijnse woord avis, dat vogel betekent. Ovum is ‘het ding van de vogel’.
Geboorte van een ei
(ontleend aan Blij met een Ei)
Een hen doet er ongeveer 25 uur over om een ei te maken. De basis is een geel balletje (de dooier) in de eileider van de hen. De eileider is een gekronkelde buis van zo’n 75 centimeter lang. De dooier zakt langzaam de eileider af naar buiten.
Een dooier is eigenlijk een eicel met veel reservevoedsel. Onderweg wordt hij netjes ingepakt. Eerst komt er eiwit omheen, daarna twee vliezen en de schaal. Terwijl het ei door de eileider glijdt, wordt de voorkant puntig, de achterkant blijft stomp.
Bijna iedere dag komt er een nieuwe gele dooier in het begin van de eileider. Soms vallen twee balletjes eigeel tegelijk in de eileider van de hen. Zo’n ei heet een dubbel-dooier. Soms legt een hen een ei zo groot als een duivenei. Zo’n ei ontstaat, doordat een stukje eiwit zich losmaakt van de wand van de eileider. Om dat eiwit vormt zich vervolgens een eivlies en een schaal. Zo’n ei wordt ook wel een ‘scheet’ of ‘hanenei’ genoemd. Soms heeft een ei wèl een vlies maar géén schaal. Dit is een windei.
In vroeger eeuwen werd wel verondersteld dat hanen ook eieren leggen.
Een hen legt tijdens haar verblijf op een legkippenbedrijf in totaal 310 eieren. Voor de eiproductie worden speciale rassen benut die veel eieren leggen. Consumptie-eieren zijn eieren die niet bevrucht zijn, want een legpluimveehouder heeft geen haan in zijn stal.
En hoe zit dat dan met de kleur?
Je kan de kleur van het ei afleiden aan de kleur van de oorlel van de kip. In tegenstelling tot wat de meeste mensen denken is de kleur van het ei dus niet afhankelijk van de kleur van de kip. De voeding van de kip bepaalt dan weer de kleur van de dooier, maar heeft met de kleur van de eierschaal niets te maken! Eigenlijk wordt de kleur van het ei bepaald door het ras van de kip. Er zijn enkele uitzonderingen, maar de overgrote meerderheid van de rassen die witte eieren leggen, hebben witte oorlellen, rassen die bruine eieren leggen hebben meestal rode oorlellen. Het ‘maken’ van een ei duurt ongeveer 25 uur, en de pigmentlaag -dus de kleur- wordt op het laatste moment op het einde van de eileider afgezet op de eierschaal. Het bruine pigment is een afbraakproduct van de rode bloedkleurstof hemoglobine. De bruine kleur is dus niet meer dan een soort ‘verflaagje’. De kleur van het ei heeft ook niéts te maken met de smaak, de kwaliteit of de voedingswaarde van het ei. Op dat vlak zijn bruine en witte eieren gelijk.
Inhoud van het ei
In ei zitten waardevolle voedingsstoffen, die nodig zijn voor de opbouw van het lichaam. Een ei bevat ongeveer dertien procent eiwit, elf procent vet, veel mineralen (vooral ijzer) en veel vitamines A, B en D. De rest is water.
Eiwit vormt samen met water het belangrijkste bestanddeel van het wit van het ei. De andere stoffen zitten in de dooier (het eigeel). De kleur van de dooier varieert van geel tot oranje, afhankelijk van de voeding die de dieren hebben gehad. De kleur van de dooier wordt donkerder naarmate er meer caroteen in het voer van de kip zit. Caroteen zit onder andere in wortel.
De eidooier bevat overwegend onverzadigde vetzuren. In het eigeel zit ook cholesterol. De voedingswaarde van het ei kan enigszins worden gestuurd door de samenstelling van het voer te veranderen.
Een ei van 60 gram bevat: |
Energie | 356 KJ/87kcal |
Eiwit | 8 gram |
Vetten | 9 gram |
Natrium | 90 milligram |
Kalium | 90 milligram |
Calcium | 36 milligram |
Fosfor | 135 milligram |
IJzer | 1,2 milligram |
Vitamine A | 0,12 milligram |
Vitamine B1 | 0,1 milligram |
Vitamine B2 | 0,2 milligram |
Vitamine B6 | 0,1 milligram |
Bron: NEVO tabel 2001 |
Het “binnenwerk” van een eier-legster
Hier is dus te zien dat het puntje van het ei eerst naar buiten gaat komen. Wat nog niet wil zeggen dat dat later dan de bovenkant wordt. Bij de geboorte van een mens is dat wel zo, meestal komt daar de bovenkant eerst.
Het maken van een struif…….
In het volgende stukje tekst wordt niet beschreven hoe een Struivenbakker gemaakt wordt, dat is voor de les biologie op school. We gaan het hier hebben over het bereiden van een onvervalste struif.
Er bestaan verschillende recepten voor het bakken van struiven, naar gelang de smaak. En je weet het over smaak…… valt niet te twisten dus. Bij velen is de basis hetzelfde, maar de afwerking is heel verschillend.
Nu dan het basisrecept:
men neme een, of liever nog, enkele eieren (voedingswaarde zie boven) (Hollanders lenen een ei…..)
Men neme een pan (geen wok, of ander exotisch kookgerei)
Men plaatse de pan op een fornuis of een kachel (liefst een die aan is, heet dus)
Men doet in de pan een kluitje boter (het best is roomboter, maar ja, daar kun je dik van worden)
Als de boter gesmolten is en begint te bruinen sla dan het ei in de pan met een soepele beweging, vergeet niet de schaal vast te houden, anders moet je straks vissen of erger nog: schaal bijten…. (brrrr)
Heb je nog een ei, herhaal het vorige stuk dus: sla dan het ei in de pan met een soepele beweging, vergeet niet de schaal vast te houden, anders moet je straks vissen of erger nog: schaal bijten…. (brrrr)
Heb je nog een ei, herhaal het vorige stuk dus: sla dan het ei in de pan met een soepele beweging, vergeet niet de schaal vast te houden, anders moet je straks vissen of erger nog: schaal bijten…. (brrrr)
Hoe lang je het ei laat bakken hangt af van de smaak van de eters, sommigen willen een half vloeibaar ei, anderen alleen een vloeibare dooier, weer anderen een vaste dooier. Er zijn er zelfs die de dooier expres kapot prikken met de rand van de eierschaal, zoals ook Interstruif, want dan is de dooier zeker mee gebakken.
Er bestaat op vele plaatsen een variant op dit recept, waarbij het ei samen met soortgenoten in een kom worden geklutst. Zo ontstaat dan een gelijkvormige massa, we zouden bijna zeggen “ei-gaal”… Ook kan er zo extra lucht in dit mengsel van eiwit en eigeel gebracht worden zodat er een dikker baksel gemaakt kan worden. Let echter op: voor een echte struif mogen er geen andere zaken bij gemengd worden, zie ook hieronder.
Aan het einde van het bakken kan het ei bestrooid worden met zout en/of peper, ook naar smaak van de eter(s). Dit kan ook aan tafel nog gebeuren en is dan bevorderlijk voor de communicatie. Men spreekt dan zinnen als “hej, gift ut zout is efkus” of “waor is den peper”.
Het opdienen van een aldus gebakken struif, jawel, nu is het ei ineens als bij toverslag een struif geworden, kan op verschillende wijzen. Het meest gaan ze gewoon op een snee bruin brood. Op een wit mag ook. Als men er groenten bij doet, dan wordt de struif een uitsmijter. Doet men er in de pan al groenten bij is het dan al geen struif meer, maar een omelet.
Persbericht nummer 1:
De vraag die de Struivenbakkers in hun greep houdt
Wat is de bovenkant van een ei?
Wij Struivenbakkers zitten met een probleem. We weten niet wat de bovenkant van een aai is. U zult denken, waar maken jullie je druk om, maar elke struif vloeit voort uit een ei. En wij die rond carnaval vele struiven bakken zouden toch alles moeten weten rondom dit proces.
Het antwoord is dan ook niet makkelijk, er is dan ook veel eierkennis nodig om hier een enigszins goed gefundeerd antwoordt op te kunnen geven. Ook als u een antwoord heeft gevonden wordt dit waarschijnlijk door uw buurman tegengesproken. We zullen een aantal mogelijkheden op een rijtje zetten zodat u rondom dit thema zelf een antwoord kunt formuleren.
De spitse ronding
Vele mensen zullen dit als antwoord geven, immers in de literatuur wordt een ei meestal zo weergegeven. Een praktijktest leert ook dat Piet Plus, indien deze beredenering klopt, zijn eieren goed in het doosje stopt. Ook verlaat het spitse deel als eerste de kip. Het hoofdje van een baby is immers ook de bovenkant.
De stompe ronding
Toch valt op het vorige verhaal wat aan te merken. Mensen met meer verstand van zaken beweren namelijk het tegenovergestelde. Dit heeft namelijk te maken met de samenstelling van het ei. Namelijk in het stompe deel bevind zich de luchtkamer. Volgens ingewijden hoort de luchtkamer altijd aan de bovenkant te zitten. Hierdoor zou het ei langer bewaard kunnen worden wanneer je het ei op die manier in het rekje plaatst. Ook een fervent eierliefhebber zal zijn gekookte ei vanaf de stompe kant uitlepelen.
Ook hier is de relatie met de baby te leggen, namelijk de bolle kant is de bovenkant.
Feit is wel dat als dit waar is Piet Plus zijn eieren verkeerdom in het doosje stopt.
Of toch de zijkant
Ook hier valt wat voor te zeggen. Immers leg een ei maar eens op een willekeurige zijde weg. Hij zal altijd op zijn zij terechtkomen. Als u de bouwtekening van een ei vervolgens nader bekijkt kunt u zelfs hier nog verschillen in ontdekken. Volgende vraag is dan, met de kiemschijf naar boven of beneden?
Na het lezen van dit verhaal wordt het er waarschijnlijk niet makkelijker op. We verzoeken u dan ook om met het overtuigende bewijs te komen als u wel weet wat de bovenkant van een ei is. Natuurlijk als u wel weet wat de onderkant is mag u ook reageren. We hopen zo dit mysterie voor carnaval uit de doeken te doen, zodat we met een gerust hart een aaike kunnen bakken.
Dus weet u wat de bovenkant van een ei is, ga naar www.struivenbakkers.nl en schrijf het in ons gastenboek.
Alvast Bedankt,
C.S. de Struivenbakkers
Persbericht nummer 2:
Stafke van Kiske d’n twidde geeft het antwoord
Wat is de bovenkant van een Aai? Deel II
De vraag die we twee weken geleden stelden heeft de gemoederen goed beziggehouden en het lijkt wel dat we meer vragen opgeroepen hebben dan beantwoord. De meningen zijn flink verdeelt.
Sommigen vragen zich nog af welke kant als eerste uit een kip komt. Nou dat kan ik wel verklappen, da’s de punt. Voor meer informatie hierover kun je kijken op www.blijmeteenei.nl. Je zou de punt dus wel kunnen bestempelen als de voorkant, maar dat maakt ‘m nog geen bovenkant. In tegenstelling tot een puntje van menselijke uitwerpselen wat in dit geval als laatste komt. Veel mensen leggen namelijk hier de vergelijking. Bij Pinguïns is dit trouwens niet het geval maar daar zal ik niet verder over uitwijden.
Nadere studie bij Piet Plus leert dat hij zijn eieren met de stompe kant naar boven in z’n rekjes zet, dit in tegenstelling tot wat we twee weken geleden berichten.
Rondgang met een meer dan levengroot ei door de semmelzaal leert dat de kenners toch een voorkeur hebben voor de stompe kant. Leken kiezen liever de puntige kant als bovenkant.
Echter degenen die die nacht nog aaier zijn weeste bakken zullen waarschijnlijk niet geproefd hebben of dat ei nou wel of niet goed in z’n rekske gestaan heeft, als ze überhaupt al beide kanten van elkaar konden onderscheiden.
Mark Jansen geeft een gedetailleerde beschrijving waarom dat het Ei met de stompe kant naar boven moet worden bewaard. Namelijk de stompe kant van de schaal schijnt nogal poreus te zijn omdat hier de luchtkamer zit. Wanneer de het ei nu met de luchtkamer beneden, en dus met het puntje naar boven, wegzet zal de lucht naar boven willen. Hierdoor kan het vlies loslaten.
Wat mensen misschien nog niet is opgevallen is dat zelfs aan het nieuwe stafke van Kiske d’n Twidde aaier zitten, kijk maar eens op de foto. In rechte toestand zit ook hier de stompe kant boven. Dit zou suggeren dat de kenners het toch bij het rechte eind hebben. Natuurlijk zou het ook kunnen dat Kiske d’r neffe zit, vandaar dat we een draai aan z’n stafke hebben gegeven. Dan blijkt al snel dat dit nooit de bedoeling kan zijn. Dit soort artikelen zou namelijk niet in een prinsencollectie voor moeten komen.
Dit geeft het voordeel van de twijfel toch voor diegenen die denken dat de stompe kant de bovenkant is. We dagen iedereen uit die het tegendeel beweren om het overtuigende bewijs hiervoor te leveren. Dit kan in ons gastenboek opwww.struivenbakkers.nl.
C.S. de Struivenbakkers
Uit de geschiedenis van de struyf…..
Struiven zijn al heel oud, als bewijs hier een paar recepten uit een kookboek van 1667:
111 Om struyfkoecken te maken die goet zijn
Neemt alderley warmoeskruyt en wat venckel, dil, mast, kervel, fiolebladen, reynvaer, waterkars, suringh, betonie, leverkruyt, sikoray, spinagie en de blaren van zwarte aelbesien, wat peray, goutsbloemkruyt, madelivekruyt. Scherft het wel tesamen, en gemenght met eyeren en fijne gestoten beschuyt. En dan, gebacken zijnde, zijn gantsch smakelijck.
112 Om een appelstruyf te backen
Neemt 12 rabau-appelen. Snijt die in stucxkens als tot een taert. Doetse in een platte pot met een goet stuck boter en wat suycker, en dickmaels omgeschut, maer niet roeren*. Alsse murru worden, doet er dan 4 of 6 eyeren, kleyngeklopt, onder. Neemt dan een pan met boter en als de boter begint te braden, soo stroyt wel dick fijngestoten beschuyt met suycker en caneel, ondereengemenght, over den bodem, dat die bedeckt is. Doet dan de appelen daerop. Dan weder bestroyt met de verhaelde beschuyt tot de appelen bedeckt zijn. Doet dan een weynigh vuur op het decksel en laet het soo backen.
* In de volgende druk staat: roeren. Dit ook in de druk van 1668. In de editie van 1667 staat echter: niet roeren.
113 Om een speckstruyf te backen
Neemt dunne stucxkens speck in de pan, en dan 2 of 3 ronde oubacke wittebrooden, de korsten afgesneden, en dan in soetemelck laten weken. Als ’t genoegh is, in een platte pot gewreven tot het kleyn is, 6 of 8 eyeren daeronder geroert, en soo op het speck gedaen en gebacken.
Meer recepten of aanvullingen zijn altijd welkom!